Traangas en pepperspray bevatten traanverwekkende stoffen die iemand tijdelijk kunnen uitschakelen. Voorwerpen die deze stoffen bevatten, vallen onder de Wet wapens en munitie. Bezit ervan is dus strafbaar voor onbevoegden. Het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) doet chemisch onderzoek om vast te stellen of er sprake kan zijn van traangas of pepperspray.
Een voorbeeld: een overval
Een juwelier wordt overvallen. Uit zelfverdediging spuit hij met pepperspray. Op de vluchtroute van de verdachte wordt een bivakmuts in de struiken gevonden. Na DNA-onderzoek wordt de muts bij het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) aangeboden voor onderzoek naar pepperspray.
Voorwerpen die deze stoffen bevatten, vallen onder de Wet wapens en munitie.
Welke vragen kan de onderzoeker beantwoorden?
- Bevat het in beslag genomen spuitbusje een traanverwekkende stof?
- Zit er op de bivakmuts een traanverwekkende stof?
- Zit er op het overhemd van het slachtoffer een traanverwekkende stof?
Voor het onderzoek naar traanverwekkende stoffen maakt de onderzoeker gebruik van gaschromatografie-massaspectrometrie (GC-MS). Dit is een methode om stoffen in een gas- of vloeistofmengsel van elkaar te scheiden en te bepalen om welke stof het gaat. Na het onderzoek is duidelijk of er wel of niet een traanverwekkende stof is gevonden.