Het onderzoeksgebied digitale technologie van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) houdt zich bezig met het achterhalen en doorzoekbaar maken van digitale sporen.
Digitale sporen zijn te vinden op heel verschillende apparaten, soms in enorme hoeveelheden. Voorbeelden van digitale sporen zijn Whatsapp-berichten in een telefoon, e-mailadressen in een computer of GPS-locaties in een TomTom. Maar ook een bankpas of een brandmelder bevat digitale sporen.
Voorbeelden van digitale sporen zijn Whatsapp-berichten in een telefoon, e-mailadressen in een computer of GPS-locaties in een TomTom. Maar ook een bankpas of een brandmelder bevat digitale sporen.
Een voorbeeld: een gesmolten telefoon
Op een verlaten bedrijventerrein staat een uitgebrande auto met daarin het slachtoffer van een moord. Bij het doorzoeken van de auto vindt de politie een smartphone die gesmolten is tot een klomp plastic. De telefoon gaat naar het NFI waar de medewerkers van Digitale Technologie deze onderzoeken.
Welke vragen krijgt de onderzoeker?
- Staan er foto’s op de telefoon?
- Wie heeft het slachtoffer als laatste gebeld?
- Wat is de laatste locatie die in GoogleMaps is opgezocht?
Welke methoden gebruikt de onderzoeker?
- De onderzoeker zaagt de gesmolten telefoon voorzichtig open en soldeert de geheugenchip los.
- Met geavanceerde apparatuur herstelt hij de contactpunten op de beschadigde chip en kopieert hij de gegevens.
- Hij maakt gebruik van een zelfontwikkelde database met coderingsformaten om de ruwe gegevens om te zetten in leesbare informatie, zoals berichten en foto’s.
Wat zijn mogelijke uitkomsten van het onderzoek?
- De onderzoekers hebben sms’jes, Whatsapp-berichten, foto’s, lijsten van contactpersonen en uitgaande gesprekken gevonden en locaties die het slachtoffer opzocht in GoogleMaps.
- De laatst opgezochte locatie in GoogleMaps is het bedrijventerrein waar de uitgebrande auto werd gevonden.
- Slechts een paar minuten na het laatste telefoongesprek zocht het slachtoffer de locatie van het bedrijventerrein op in GoogleMaps.