NFI onderzoekt betrouwbaarheid verdiepingenregistratie iPhone voor de reconstructie van misdrijven
Een dodelijke steekpartij op de derde etage van een portiekwoning in Den Haag. En een verdachte die elke betrokkenheid ontkent. Om te kijken of de verdachte op de plaats delict te plaatsen is, onderzoekt de politie de digitale sporen in zijn telefoon. Met behulp van de locatiesporen en gegevens van de stappenteller, lukt dat tot aan de voordeur van de portiekwoning. Alleen niet binnen, op de derde etage. Zijn telefoon had namelijk maar twee etages geregistreerd. Daarop is de politie naar het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) gestapt: hoe betrouwbaar is de registratie van verdiepingen in een iPhone eigenlijk? NFI-deskundigen hebben dat uitvoerig getest. “Dit onderzoek helpt bij de reconstructie van misdrijven."
Om de betrouwbaarheid van de verdiepingenregistratie te testen, voerde NFI-wetenschapper Jan Peter van Zandwijk samen met een student van de HvA experimenten uit. Dichtbij huis, in het pand van het NFI. “We deden testen met verschillende type iPhones. We hebben meerdere proefpersonen steeds verdiepingen omhoog en omlaag laten lopen. Ze liepen soms één trap op, soms drie, dan weer één omlaag en dat in allerlei volgordes en snelheden. Ook droegen de proefpersonen de telefoon steeds op andere plekken”, zegt Van Zandwijk.
Drie meter
Met deze experimenten wil de wetenschapper zicht krijgen op welke factoren van invloed zijn op de nauwkeurigheid van de registraties, om zo onderbouwd iets over de betrouwbaarheid te kunnen zeggen. In de gezondheidsapp van de iPhone zelf staat vermeld dat een stijghoogte van ongeveer 3 meter als een verdieping geregistreerd wordt. Uit het NFI onderzoek is gebleken dat een belangrijke voorwaarde is dat je tegelijkertijd loopt, anders registreert de telefoon geen verdiepingen. “Als je met de lift stijgt, registreert de app de verdiepingen niet”, ontdekte van Zandwijk. “Ook niet als je stilstaat op een roltrap, maar lopend dus weer wel.”
Uit het NFI-onderzoek is gebleken dat een iPhone inderdaad grofweg elke 3 meter hoogteverschil als een verdieping registreert. Hij telt dus geen fysieke etages. “We hebben op het NFI de hoogtes van de etages gemeten. In ons onderzoek zagen we dat het aantal door de telefoon geregistreerde verdiepingen het vaakst overeenkomt met het aantal blokken van 3 meter dat de proefpersoon stijgt of daalt bij het op- of aflopen van een of meerdere verdiepingen. Als er minder dan 3 meter hoogteverschil is, wordt de registratie minder betrouwbaar. We hebben gezien dat bij een hoogteverschil van 2.4 meter de app de etage soms wel en soms niet registreert. Het resultaat hangt dus van de situatie ter plekke af."
Verder kwam de onderzoeker er in zijn onderzoek achter dat de gezondheidsapp alleen verdiepingen registreert als je omhoog loopt. Maar er zit ook een ander technisch, interessant bestand op een iPhone dat tijdelijke informatie bevat over zowel naar boven als naar beneden gelopen verdiepingen. Dit bestand is niet zichtbaar voor een gebruiker, maar kan met forensische software van de telefoon worden gehaald.
Onderzoek op PD
Naast het referentieonderzoek op het NFI, hebben de onderzoekers aanvullend onderzoek op de plaats delict gedaan, in het pand van de dodelijke steekpartij. “Ook daar hebben we alles opgemeten en getest. We hebben onderzocht wat de iPhone aan etages registreert in het scenario dat je vanaf de begane grond naar de derde etage of naar een andere etage loopt.” Van Zandwijk vertelt dat als je kijkt naar het aantal gestegen meters, dat de registratie van twee verdiepingen in de telefoon van de verdachte dan past bij het scenario dat hij vanaf de begane grond naar de derde etage is gelopen. De hoogte van de derde verdieping was namelijk zo’n 7 meter, dat zijn dus twee blokken van 3 meter en een restje van 1 meter. “We weten dat de app elke 3 meter als een etage telt. Het aantal fysieke verdiepingen hoeft dus niet overeen te komen met het aantal verdiepingen dat de telefoon registreert."
Andere zaken
Het onderzoek van het NFI naar de betrouwbaarheid van de verdiepingenregistratie, helpt de politie bij de reconstructie van misdrijven. Wat is er in een bepaalde periode door iemand gedaan? Is iemand omhoog gelopen of heeft diegene alleen maar vlakke stukken gewandeld? Ook als een verdachte een alternatief scenario heeft gegeven over wat er gebeurd kan zijn, kun je dat nu onderbouwd toetsen. “Deze onderzoeksvraag kwam op in deze specifieke zaak, maar de bevindingen kunnen zeker ook waardevol zijn voor andere zaken waar het de vraag is of iemand op specifieke verdieping is geweest."
Groter project
Dit onderzoek is onderdeel van een groter project waarin het NFI onderzoek doet naar de relatie tussen handelingen in de fysieke wereld en digitale sporen. Internationaal gezien zijn deze onderzoeken nog relatief nieuw. Eerder onderzochten NFI-deskundigen onder meer de betrouwbaarheid van stappen- en afstandsregistraties door iPhone in de gezondheidsapp.
Binnenkort verschijnt ook een wetenschappelijke publicatie over dit onderzoek