Promotieonderzoek naar snelle DNA-analyse op plaats delict

Op de plaats delict direct de aangetroffen DNA-sporen analyseren; snelle, mobiele DNA-technologie maakt dit in de toekomst mogelijk. Anna Mapes onderzocht op welke manier dit van toegevoegde waarde kan zijn voor een strafrechtelijk onderzoek. Donderdag 30 november promoveert ze op haar onderzoek ‘Rapid DNA technologies at the crime scene’ aan de Universiteit van Amsterdam (UvA).

De Rapid DNA-techniek is een veelbelovende onderzoekmethode. Mapes onderzocht naast de technische mogelijkheden ook het effect van dit snelle DNA-onderzoek op het handelen van de medewerkers van de forensische opsporing én ze bracht de juridische implicaties van de techniek in beeld.

Met het gebruik van snelle, mobiele DNA-analyse op de plaats delict ligt een vrijwel directe identificatie van een mogelijke verdachte in het verschiet. Een op de plaats delict verkregen DNA-profiel kan immers een match opleveren in de DNA-databank voor strafzaken en op die manier een mogelijke verdachte snel in beeld brengen.

Kansrijkheid van sporen

Inzet van mobiele DNA-technieken zal leiden tot veranderingen voor de forensische opsporing, het forensisch laboratorium en het Openbaar Ministerie. Hoewel de mobiele techniek steeds gevoeliger wordt, is kennis van DNA-kansrijkheid van sporen van groot belang om weloverwogen beslissingen te kunnen nemen om de mobiele DNA-techniek in te zetten of niet. Op deze manier kan er gefocust worden op snelle en mobiele analyse van de meest kansrijke DNA-sporen. Mapes heeft hier gedegen onderzoek naar gedaan en de resultaten hebben geleid tot het ontwerp van een spoorspecifiek DNA-kansrijkheidsmodel. Dit model kan in de toekomst de onderzoekers assisteren bij het prioriteren en selecteren van DNA-sporen voor mobiele analyse.

Techniek en gedrag

Voordat de nieuwe techniek kan worden ingezet moet onderzocht worden wat voor effect dit heeft op de besluitvormingsprocessen van de forensische onderzoekers. Mapes laat in haar proefschrift zien dat forensisch onderzoekers meer sporen selecteerden voor DNA-analayse als ze mobiele DNA-technieken tot hun beschikking hadden.

De beslissing om Rapid DNA in te zetten werd eveneens significant beïnvloed door de ‘tijdsdruk’: de urgentie om snel een verdachte te kunnen identificeren om nieuwe delicten te kunnen voorkómen.

“Met de verworven inzichten in de kennis en het gedrag van forensische onderzoekers heeft Anna Mapes een nieuw hulpmiddel ontwikkeld. Het door haar ontwikkelde model voor de forensische onderzoekers moet leiden tot een verantwoord en efficiënt gebruik van de mobiele DNA-techniek voor de analyse van biologische sporen op de plaats delict,” legt Ate Kloosterman uit. Kloosterman is bijzonder hoogleraar forensische biologie aan de UvA, DNA-deskundige bij het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) en één van de twee promotoren van Mapes.

Wetgeving

De Nederlandse DNA wetgeving vereist onder andere dat alle nieuwe forensische DNA-technieken worden gevalideerd. Momenteel vindt onderzoek plaats, waarin de betrouwbaarheid en de effectiviteit van de mobiele techniek worden onderzocht. Afhankelijk van de onderzoeksresultaten wordt besloten of en wanneer de tijd rijp is om het apparaat in te zetten.

Samenwerking

Bij het onderzoek naar snelle en mobiele DNA-technieken zijn UvA, Hogeschool van Amsterdam, Politieacademie en het NFI betrokken.