Drugs veel sneller getest

Politie-eenheden kunnen in de nabije toekomst de samenstelling van in beslaggenomen drugs zelf onderzoeken. Hiermee weet de politie binnen een dag of de stof die een verdachte in bezit had, ook daadwerkelijk een verboden middel is. Het vernieuwende is dat de resultaten direct als bewijs in de rechtszaal gebruikt kunnen worden. Strafzaken kunnen daardoor sneller worden afgehandeld en dat bespaart tijd en geld.

Politievakblad Blauw en De Telegraaf publiceerden over de nieuwe methode met de naam NFiDENT, die de politie, het Openbaar Ministerie en het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) samen ontwikkelden. Momenteel kunnen de vier meest voorkomende soorten verdovende middelen worden geïdentificeerd: cocaïne, heroïne, amfetamine en MDMA.

Resultaat binnen 24 uur

De huidige methode duurt gemiddeld twee tot drie weken, onder meer vanwege de logistiek, dubbele handelingen en de administratieve afhandeling bij zowel de politie als het NFI.

Met de nieuwe gevalideerde methode kan het complete proces binnen 24 uur afgehandeld worden terwijl de kwaliteit gewaarborgd blijft. De politie voert met de compacte apparatuur zelf de meting uit en stuurt de gegevens digitaal naar het NFI. Forensisch deskundigen voeren een eindcontrole uit op kwaliteit, interpreteren de resultaten en leveren de politie een deskundigenrapport. Dat rapport kan direct als bewijs gebruikt worden. Politie en Openbaar Ministerie kunnen daardoor sneller door met een eventuele strafzaak.

Testen en opleiden

Het NFI en de politie hebben de methode en de apparatuur uitgebreid getest. Medewerkers van de Forensische Opsporing van de politie die de apparatuur gaan bedienen, moeten een tweedaags trainingsprogramma volgen en een eindtest doen voordat ze bevoegd zijn.

Doorontwikkeling

Daarnaast gaat het NFI ook een platform bieden waarmee de data van alle apparaten kan worden beheerd. “Het wordt gestructureerd en opgeslagen in de database. Uiteindelijk zullen we daar trends uit kunnen halen die we real time aan de tactiek kunnen voeden”, zegt Saskia Verheij, projectleider NFiDENT bij het NFI.