Europese richtlijn voor interpretatie forensisch bewijs
Het Europees netwerk van forensische labs (ENFSI) gaat aan bijna zestig forensische laboratoria in Europa dezelfde eisen stellen voor de interpretatie en rapportage van forensisch bewijs. Een projectgroep heeft daarvoor een richtlijn opgesteld. Het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) was daarbij nauw betrokken.
De richtlijn houdt in dat de laboratoria gaan interpreteren en rapporteren aan de hand van hypothesen en zogenoemde likelihoodratio’s, waarbij deskundigen een uitspraak doen over bewijskracht. Het NFI doet dat al sinds 2010.
Onderzoekers drukken de bewijskracht veelal uit met verbale termen zoals bijvoorbeeld ‘de onderzoeksresultaten zijn veel waarschijnlijker wanneer hypothese 1 waar is dan wanneer hypothese 2 waar is’. Het NFI gebruikt sinds november vorig jaar een numerieke definitie om uit te drukken hoeveel waarschijnlijker ‘veel waarschijnlijker’ is. De laboratoria die bij ENFSI zijn aangesloten, moeten dat voorbeeld gaan volgen.
Juridische wereld dichterbij
Een ander hoofdonderdeel van de richtlijn stelt dat laboratoria forensisch bewijs zoveel mogelijk moeten gaan interpreteren en rapporteren op activiteitniveau. Nu rapporteren deskundigen nog veelal op bronniveau.
“Dat laatste gaat over de vraag van wie een spoor is. Maar juristen willen vooral ook weten met welke handeling een spoor daar gekomen is. Dat kan mogelijk iets zeggen over wat zich op een plaats delict heeft afgespeeld en uiteindelijk zijn het de handelingen die al dan niet strafbaar zijn. De forensische en juridische wereld komen daardoor dichterbij elkaar”, legt Charles Berger uit. Hij is één van de principal scientists van het NFI en zat in de ENFSI-projectgroep die de richtlijn opstelde.
Hoge eisen
Het NFI heeft de likelihoodratio’s en de numerieke definities dus al doorgevoerd. Daarnaast werkt het NFI binnen het innovatieprogramma ‘Beyond the source’ op verschillende onderzoeksgebieden aan methodes, waarmee onderzoekers kunnen interpreteren en rapporteren op activiteitniveau.
Naast de richtlijn heeft de projectgroep ook een roadmap geschreven. “Die geeft praktisch aan welke stappen je zou moeten zetten om aan de richtlijn te voldoen. Het is een richtlijn die hoge eisen stelt, waaraan we geen concessies hebben willen doen. De roadmap helpt laboratoria bij het implementeren.”
Kopgroep
“Het NFI vormt daarmee samen met forensische laboratoria in Zweden, Zwitserland en Ierland de internationale kopgroep”, aldus Berger. “We hebben in Nederland grote stappen kunnen zetten, door de aanvragers en lezers van onze rapporten tijdig te betrekken”. Hun inspraak is belangrijk, want zij moeten uiteindelijk met onze rapportages werken.”