Europese forensische labs ontwikkelen samen statistieksoftware
Het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) gaat samen met forensische instituten en universiteiten uit verscheidene Europese landen software ontwikkelen waarmee ze de bewijskracht van sporen kunnen uitrekenen.
Een eerste bruikbare versie moet over twee jaar klaar zijn en forensisch deskundigen helpen om de waarschijnlijkheid van hun resultaten onder verschillende scenario’s te bepalen.
Forensisch onderzoekers rapporteren op basis van de zogenoemde likelihood ratio (LR) methode: ze doen een uitspraak over de bewijskracht, oftewel hoeveel waarschijnlijker resultaten zijn onder de ene hypothese dan onder de andere. Lange tijd drukten deskundigen deze LR uit in verbale definities als bijvoorbeeld ‘veel waarschijnlijker’.
Steeds meer onderzoeksgebieden werken aan een zogenoemde numerieke onderbouwing op basis van datasets en statistische modellen. Die zeggen bijvoorbeeld dat de resultaten 10 keer waarschijnlijker zijn als een slachtoffer met een knuppel op zijn achterhoofd is geslagen (hypothese één) dan als iemand is uitgegleden en op zijn achterhoofd is gevallen (hypothese twee).
Statistische modellen
De software gaat de forensisch onderzoekers helpen bij het uitrekenen van de numerieke LR’s. "Daarvoor moeten we de komende jaren scripts op basis van statistische modellen ontwikkelen en al bestaande scripts valideren, zodat ze betrouwbare resultaten geven. Ook moet er een mooie gebruikersvriendelijke schil omheen gebouwd worden”, zegt projectleider Annabel Bolck van het NFI.
Veel van de statistische basismodellen zijn al ontwikkeld, maar enkele zullen nog verder ontwikkeld worden. “We willen een flexibel pallet van verschillende modellen die kunnen worden gebruikt voor verschillende onderzoeksgebieden en waar in de loop van de tijd ook modellen aan toegevoegd kunnen worden. We hopen dat over twee jaar de eerste deskundigen de software kunnen gebruiken.”
Kick-off
Voor dit project hebben samenwerkende partijen via European Network of Forensic Science Institutes (ENFSI) een subsidie gekregen om de software de komende twee jaar te ontwikkelen. De statistici en software engineers uit Groot-Brittannië, Frankrijk, Noorwegen Polen en Zweden komen maandag 23 en dinsdag 24 maart op het NFI bijeen voor een kick-off-meeting.
“Hier willen we besluiten nemen over welke soort modellen we (in eerste instantie) in de software willen opnemen, hoe we scripts gaan schrijven en valideren en hoe de gebruikers-interface eruit komt te zien”, schetst Bolck. De kick-off is de eerste van in totaal vier bijeenkomsten tijdens de ontwikkelingsfase.
Tijdwinst
Het zou mooi zijn als de software dé standaard in Europese forensische onderzoeken wordt, stelt Bolck: “Als forensisch onderzoekers en statistici, zonder zelf te programmeren, op eenvoudige wijze LR’s kunnen uitrekenen met behulp van de software, levert dat tijdwinst op.”