Onbekend oorlogsslachtoffer na 71 jaar geïdentificeerd
Met behulp van DNA-verwantschapsonderzoek door het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) heeft de werkgroep Vermiste Personen Tweede Wereldoorlog oorlogsslachtoffer Guus van Batum zijn naam terug kunnen geven.
Van Batum werd op 24 juli 1942 door de Duitse bezetter gefusilleerd op de Waalsdorpervlakte bij Den Haag. Als extra straf voor zijn familie werd hij op een onbekende plaats begraven.
Ter dood veroordeeld
Amsterdammer Guus van Batum (1899) was machinist. In december 1941 werd hij gearresteerd voor medeplichtigheid aan diefstal uit een distributiekantoor in Amsterdam-Oost en overgedragen aan de Duitse Sicherheitsdienst. Het Duitse Obergericht veroordeelde Guus van Batum in april 1942 ter dood. Hij werd gevangen gezet in het huis van bewaring in Scheveningen. Op 24 juli 1942 meldde de Duitse bezetter dat het vonnis was voltrokken.
Onbekend begraven
Nu blijkt dat Guus van Batum op de Waalsdorpervlakte werd begraven. Zijn stoffelijke resten konden na de oorlog niet worden geïdentificeerd. Daarom werd hij als onbekende Nederlander herbegraven op het Ereveld van de Nederlandse Oorlogsgravenstichting in Loenen.
Identificatie met DNA van zoon
De identificatie van Van Batum kwam tot stand met behulp van het DNA van zijn drieëntachtigjarige zoon. Voor zijn familie is een einde gekomen aan een lange periode van onzekerheid. Het graf van Guus van Batum is onlangs in het bijzijn van zijn nabestaanden hernoemd.
Samenwerking
De werkgroep Vermiste Personen Tweede Wereldoorlog is een samenwerkingsverband van Nederlandse overheidsinstanties en partnerorganisaties, dat tot doel heeft om vermissingen uit de oorlogsjaren op Nederlands grondgebied op te lossen.
De Bergings- en Identificatiedienst van de Koninklijke Landmacht (BIDKL) voerde de opgraving uit en deed het onderzoek aan de stoffelijke resten. Vrijwilligers van het Nederlandse Rode Kruis deden geschiedkundig onderzoek en legden het contact met de nabestaanden. De Oorlogsgravenstichting verleende toestemming om het graf te openen. Het DNA van de familie werd afgenomen door medewerkers van verschillende regionale Politie-eenheden. Het NFI voerde met succes het DNA-verwantschapsonderzoek uit, dat werd gefaciliteerd door het Landelijke Bureau Vermiste Personen van de politie.