Jaarverslag 2010 Nederlandse DNA-databank voor strafzaken
In 2010 passeerde het aantal DNA-profielen van personen in de databank de 100.000. Met 16.475 profielen groeide de databank naar 108.799 DNA-profielen van personen. Hiervan zijn 567 als verdachte opgenomen en 15.908 als veroordeelde. Het totale percentage minderjari-gen dat is opgenomen steeg met 0,1% (13,0% t.o.v. 12,9 in 2009). DNA-profielen en het celmateriaal waaruit DNA-profielen worden gemaakt, worden beschouwd als persoonsgegevens. Zowel voor het beheer van de DNA-databank als voor het gehele proces daaraan voorafgaand is in 2010 een privacykeurmerk afgegeven.
3472 matches
In 2010 rapporteerde de databank 3472 matches (zo’n 65 per week) op tussen sporen en personen. Hiermee draagt de databank op een efficiënte manier bij aan het opsporen en vervolgen van daders, en het vrijpleiten van onschuldigen.
Op alle vanaf 1997 opgenomen sporen (bloed, speeksel op bijv. sigarettenpeuken, sperma, enz.) heeft een in de DNA-databank opgenomen spoor nu een gemiddelde kans van ruim 40% om vroeger of later een match te geven met een persoon. Soms is dat al meteen bij opname zodat direct de naam van een mogelijke verdachte kan worden gerapporteerd, en soms pas na vele jaren zoals in de zaak Andrea Luten (17 jaar na de moord in 1993). In dit geval werd een match gevonden toen de met het spoor matchende persoon als veroordeelde voor een ander delict in de DNA-databank werd opgenomen.
Wet bescherming persoonsgegevens
Ieder jaar heeft het jaarverslag van de databank een thema. In het jaarverslag 2010 wordt uitgebreider stilgestaan bij de Wet bescherming persoonsgegevens. Directe aanleiding hiervoor is dat het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) in 2010 het keurmerk Privacy Audit Proof ontving. Dit keurmerk ontvangen organisaties die de verwerking van persoonsgegevens uitvoeren zoals voorgeschreven door de Wet bescherming persoonsgegevens. DNA-profielen en het celmateriaal waaruit DNA-profielen worden gemaakt, worden namelijk ook beschouwd als persoonsgegevens.
Over de DNA-databank
De Nederlandse DNA-databank voor strafzaken functioneert sinds 2009 als zelfstandige afdeling binnen het NFI. De algemeen directeur van het NFI is beheerder van de databank, de minister van Veiligheid en Justitie is eigenaar. De databank heeft zes vaste medewerkers en een afdelingshoofd (gemandateerd beheerder). In overleg met alle andere laboratoria die in opdracht van het Openbaar Ministerie DNA-profielen bepalen, zijn in 2009 de criteria voor de opname van DNA-profielen in de DNA-databank vastgesteld (en jaarlijks wordt samen met hen nagegaan of ze moeten worden geactualiseerd). Deze criteria zijn openbaar. Naast DNA-profielen van het NFI en het Forensisch Laboratorium voor DNA-onderzoek (FLDO) van de Universiteit Leiden, ontving de databank in 2010 ook enkele tientallen profielen van BaseClear (Verilabs) en DNalysis (TMFI).
Het privacykeurmerk geldt zowel voor het beheer van de DNA-databank als voor het gehele proces daaraan voorafgaand, vanaf de binnenkomst van DNA-materiaal en de daarbij behorende zaakgegevens en/of personalia bij de Frontdesk van het NFI.